April

In het plantsoen was eergisteren een ploegje gemeentemannen bezig om de vlinderstruiken kort te knippen. Vlinderstruiken? Kort knippen? Binnen een tel weet de tuinier dat het dan begin april wezen moet. We associëren bepaalde maanden met bepaalde klussen en vice versa. Als een innerlijk kompas, maar dan in de vorm van een kalender.

GLS219806

Lady with a Red Hat, portret van Vita Sackville-West door William Strang

De aarde draait rond de zon. Het tijdsbestek van zo’n rondje noemen we een jaar en gedurende zo’n jaar zorgt de hellingshoek van de aardas voor wisselende daglengtes en variaties in zonnekracht op onze planeet. Zie daar het ritme van de seizoenen: het voorjaar, de zomer, de herfst en de winter. Planten en bomen volgen dit ritme en dat maakt dat tuinwerk zich perfect laat beschrijven aan de hand van de jaarkalender.

Allemaal kennen we de onvolprezen Tuinscheurkalender van Romke van de Kaa en onze eigen Paul. Deze twee heren voeren ons langs de tuinklussen van januari, februari, maart, enzovoort. Elke dag scheur je een velletje af en eind december is het tuinjaar niet alleen succesvol afgerond, maar tevens in de prullenbak verdwenen. Opgeruimd staat netjes en zo bewijst de Tuinscheurkalender zich volgens mij als een moderne wegwerpvariant van het oeroude fenomeen dat tuinkalender heet.

In de zeventiende eeuw stond het vakmanschap van Hollandse hoveniers in Europa op eenzame hoogte en veel van hun kennis en kunde werd beschreven in het boek met de titel  Vermakelijck Landt-Leven. Het verscheen voor het eerst in 1669 en het werd vele malen herdrukt. Het boek bestaat uit meerdere delen, en het eerste deel is wereldberoemd geworden. We kennen het als  Den Nederlandtsen Hovenier, geschreven door de prinselijke tuinbaas Jan van der Groen. Het tweede deel, met de titel De Verstandigen Hovenier,  is minder bekend. Het is een kalender met alle klussen die de 17de eeuwse tuinier maand na maand te doen staat. Bijvoorbeeld: “In de Maendt april is de Verstandige Hovenier even bezigh om sijn Hof in goede order te brengen met spitten, graven, zaeyen en planten”. Allerlei instructies volgen, en ik citeer er één: “De Indiaense Kers wordt in April op een warme plaetse bij staeckjens of andere steunselen gezaeyt/ om daer tegen te rusten en haer selven daer aen vast te maken.” Die Indiaanse kers, dat is natuurlijk onze Oost-Indische kers.

Ruim honderd jaar later verschijnt in Engeland een ander hoogtepunt uit het genre. Het is het boek Every man his own Gardener van John Abercrombie. Het behandelt – ook weer per maand – het werk dat gedaan moet worden in de moestuin, de fruittuin, de bloementuin, het struikgewas, de kwekerij en de kassen; dit alles – volgens de tekst op het voorblad – naar de nieuwste inzichten van de allerbeste tuinmannen. Kijken we weer naar de maand april, dan worden alle denkbare klussen gedetailleerd beschreven,  van het zaaien van tientallen moestuingewassen, het verzorgen en uitstallen van bloeiende primula’s, de verzorging van grind- en graspaden, tot het openen van de ramen van de koude kas, opdat na de winter de frisse lentelucht weer binnen kan stromen.

In onze tegenwoordige tijd staan we begin april klaar om heesters te snoeien, en wel die heesters die in de loop van de zomer op het nieuwe hout bloeien.  Zoals inderdaad de vlinderstruik, of de hortensia, of de roos. Heel verfrissend vind ik in dit opzicht de tuinkalender van Vita Sackville-West. Zij neemt namelijk de vrijheid om van de standaard af te wijken. Over de maand april schrijft ze:  “Overvloed is een onmisbaar element van mijn tuinfilosofie. Ik houd van gulheid, of het nu in tuinen is of elders. Ik heb een hekel aan zuinigheid en miezerigheid. Ook de kleinste tuin kan – binnen zijn eigen grenzen – overdadig zijn en ik zou voor nu willen voorstellen dat u probeert om uw rozen eens niet tot bijna bij de grond af te slachten, ze op z’n minst voor een jaar met rust te laten en te zien wat er gebeurt.

Ik moet bekennen dat ik thuis in Vijlen een paar jaar achtereen de rozenstruiken in de voortuin niet heb gesnoeid. Ingegeven door luiheid, maar met een verbluffend resultaat. De bloemen waren ontelbaar. Mevrouw Sackville-West had helemaal gelijk.

 

Over Hanneke Schreiber

Op het grensvlak van natuur en cultuur
Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

Een reactie op April

  1. IJsbeer zegt:

    Wat een fijn en leesbaar stuk, Hanneke.

    Like

Plaats een reactie