Een mooi vak, deel 1.

Wat is de tuin toch een prachtig vakgebied. Het verrast me elke keer weer opnieuw. Het is theoretisch, filosofisch, historisch, maar ook praktisch, fysiek en zintuiglijk. En dat allemaal tegelijkertijd.  Je bent op een plek, je kijkt rond en vele dimensies gaan voor je open. Het is een overdonderende rijkdom.

20181120_154142 (2)

Het hoogste terras van de Hortus Palatinus, Heidelberg, november 2018

Dit verhaal begint in Heidelberg. Daar was ik vorige week, op een kille, mistige novemberdag. We hadden ons bezoek niet voorbereid en lieten ons verrassen door wat we tegenkwamen. Het oude centrum van de universiteitsstad Heidelberg is behoorlijk ongeschonden door de Tweede Wereldoorlog gekomen. Het ligt gaaf aan de voet van de steile oever van de Neckar, met alles wat je je bij een oude Duitse stad voorstelt: torenspitsen, stadspoorten, een oude brug en gemütliche straatjes, pleintjes en huizen. En het wemelt van de jonge studenten. Wat wil een mens nog meer?

Nou, we wilden meer, want hoog boven dit alles torent het ruïneuze Schloss Heidelberg. Dit slot wordt door de toeristensector aangeprezen als de meest romantische kasteelruïne ter wereld, een ietwat twijfelachtige eer wat mij betreft. Ik denk dan al gauw aan zuurstokroze romantiek en daar heb ik geenszins trek in. Maar vooruit, we schoven het woord ‘romantisch’ terzijde en gingen toch de steile berg op, richting het slot. De ligging van het complex van kasteel en tuinen, als een enorm machtsblok boven stad en rivier verheven, met uitzicht richting het Rijndal, bleek adembenemend.

Hortus_Palatinus_und_Heidelberger_Schloss_von_Jacques_Fouquiere

Hortus Palatinus 1620, door de Vlaamse schilder Jacob Facquier. Hij gebruikte een van de kopergravures van Merian als basis voor dit schilderij.

De tuinen van Schloss Heidelberg ken ik onder een andere naam, namelijk die van Hortus Palatinus. De Hortus Palatinus is onder tuinhistorici een begrip, maar veel verder komt zijn faam niet. Ook in Heidelberg kwam ik de naam vrijwel nergens tegen. Dat is onbegrijpelijk, want het was een van de eerste renaissancetuinen van Noordwest Europa, met een verbluffend rijke inrichting. De Hortus Palatinus was een grote inspiratiebron voor alle renaissance- en baroktuinen die in dit deel van Europa zouden volgen, ook al werd de aanleg nooit helemaal voltooid.

20181120_154456

Hortus Palatinus, Heidelberg, november 2018.

Natuurlijk kende ik de schitterende prent uit 1620 maar ik verkeerde in de veronderstelling dat er weinig meer van over was. Nu stonden we er ineens midden in. De plattegrond, de ligging, de terrassen, trappen en balustrades, het uitzicht: alles was volstrekt herkenbaar. Op de plek van de vroegere gecompliceerde parterres, de loofgangen, de kunstige waterwerken en het doolhof liggen nu uitgestrekte, vormvaste gazons, met hier en daar een schitterende, monumentale boom of een lege fontein. Niks mis mee. De tuin rook naar de frisheid van de herfst en de strakke, grotendeels lege ruimtes nodigden uit tot fantaseren over wat er hier allemaal heeft plaatsgevonden.  Ik vond het wezen van de tuin glorieus present, ondanks –of dankzij? – het feit dat alle versierselen zijn verdwenen.

Eenmaal thuisgekomen werden boeken en internet erbij gehaald. En de tuin groeide verder, in al zijn dimensies. Om er een paar te noemen:

  • De dimensie van de tijd: de Hortus Palatinus werd in opdracht Frederik de Vijfde ontworpen en aangelegd. Frederik V was keurvorst van de Palts, in die tijd een keurvorstendom binnen het Heilig Roomse Rijk, met gebieden aan beide zijden van de Rijn. De tuin, die vanaf 1616 werd aangelegd,  was bedoeld als geschenk voor zijn vrouw, Elizabeth Stuart. Frederik, kleinzoon van Willem van Oranje, speelde een hoofdrol in het eerste decennium van de Dertigjarige Oorlog, U weet wel, die oorlog die zoveel dood en verderf zaaide, niet alleen in Europa, maar ook wereldwijd en waarover recent zo’n prachtig leesbaar boek is verschenen.
  • De dimensie van ontwerp en ontwerper: het ontwerp van de tuin was van de hand van Salomon de Caus, een van oorsprong Franse ingenieur, natuurkundige én tuinarchitect. Hij begon in 1616 met de aanleg en moest in 1620 zijn werk staken vanwege de zwarigheden van de oorlog. Hij liet een rijk geïllustreerd boek na over zijn werk aan de Hortus Palatinus, met kopergravures van Mattheus Merian. Tegenwoordig kan iedereen zich verbazen over de technische hoogstandjes die hij in de tuin toepaste, want het boek is vrijelijk te downloaden, met vriendelijke dank aan de Universiteit van Heidelberg.
  • De dimensie van de ideële wereld: renaissancetuinen worden tegenwoordig omschreven als gecultiveerde toevluchtsoorden van opperste beschaving, gedragen door intellect, hovenierskunst en een elitair mensenbeeld, een oord waarin het slijk van de aarde is weggepoetst en de menselijke ziel op het hogere wordt voorbereid. Niet een goddelijk paradijs, maar – naar voorbeeld van de klassieke oudheid – een aards, intellectueel paradijs. Het neemt ons mee naar de wedergeboorte van de klassieke oudheid en de zelfstandig denkende mens.

Zo ligt de wereld aan onze voeten. Zo maar, op een kille, mistige novemberdag.

 

 

Advertentie

Over Hanneke Schreiber

Op het grensvlak van natuur en cultuur
Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s