Zomerkijken

Het is zomer in Limburg. Buiten is het 37 graden. De tuin is stilgevallen. Er is niets te doen, en als er al wat te doen zou zijn, dan is het veel te warm om me in te spannen. Het enige waar ik energie in stop is de strategie van het water geven. In deze dagen is het een heuse sport om dat zo min mogelijk te doen zonder dat de planten en bomen kasje wijlen gaan.

Door de hitte groeit het gras in mijn Vijlense tuin niet meer. Dat scheelt behoorlijk in het maaiwerk. En ook komen er veel minder bloemen tot ontwikkeling dan normaal het geval is. De trage rijping van de vruchten – de Japanse wijnbessen, de vlierbessen, de druiven en de appels –  is de enige beweging die ik ontwaar.

Van mij mag het, die stilstand. Het past bij de tijd van het jaar. Het is immers vakantietijd en er is geen betere plek om al luierend je zomervakantie te vieren dan in de schaduw van je eigen tuin.

IMG_3858

Zomerkijken tussen de meisjesogen, Vijlen, 26 juli 2018

Een maand of wat geleden hoorde ik een nieuw woord. Het was het woord ‘zomerkijken’. Ik vind het een bijzonder mooi woord.  ‘Zomerkijken’ betekent de tijd nemen om te observeren. De bloemen, de insecten, de vogels. Je rustig overgeven aan het moment, achteroverleunend in een luie stoel onder een boom, natuurlijk met een glaasje fris in de buurt. Noem het zen, noem het mindfullness, noem het meditatie, noem het onthaasten, noem het lummelen, noem het wat je wil. Waar het om gaat is dat de haast verdwijnt en dat je de tijd neemt voor iets waar je de rest van het jaar geen tijd voor neemt. Het verstand gaat kortstondig op nul en de vakantietijd is perfect daarvoor.

Mijn hond Kiek is bijzonder goed in zomerkijken. Het is verbluffend om haar bezig te zien. Ze is zó goed dat ik jaloers op haar ben. Ze heeft een speciale plek voor dat zomerkijken, achter in de tuin. Daar ligt mijn pluktuin. Tussen de goudsbloemen en de strobloemen bevindt zich zo’n twee vierkante meter Coreopsis verticillata, ook wel meisjesogen genoemd.  Het is een dichte, mooie bos, zo’n vijftig centimeter hoog, die al twee maanden een zee aan gele bloemen geeft. Er komen massa’s insecten op af, met name bijen.

IMG_3859

Hup, daar gaat ze weer…

En wat doet Kiek? Vanaf het paadje duikt ze heel voorzichtig het dichte woud van soepele Coreopsis-stengels in en gaat daar dan doodstil staan. Kiek is een zwarte teckel, ze staat laag op de poten en dus verdwijnt ze vrijwel helemaal. Vervolgens doet ze niets anders dan staan en kijken. Kijken naar een spinnetje. Een luisje. Een bijtje. Een kevertje. De wereld valt stil en de tijd tikt weg. Na een minuut of tien zie ik even iets bewegen. En na nog weer vijf minuten komt ze aan de andere kant langzaam uit de bos tevoorschijn. Ze loopt een rondje en dan begint ze van voor af aan. Het is een heus ritueel. Hup, daar gaat ze weer, ze duikt in de bos meisjesogen en geeft haar eigen meisjesogen de kost. Eén en al fascinatie voor het allerkleinste dat de tuin te bieden heeft. Uren en uren heeft ze de afgelopen tijd zo doorgebracht.

En ik, op mijn beurt, ik kijk naar Kiek. Vanaf de tuinbank observeer ik in alle stilte degene die observeert. In de vakantie kan ik dat heel lang volhouden. En ergens boven onze hoofden zweeft vast wel de een of andere satelliet die naar mij kijkt. Ziedaar het droste-effect.

De Coreopsis is nu bijna uitgebloeid, de bijen zullen op zoek gaan naar andere bloemen en ik ben benieuwd wat Kiek dan gaat doen. Hopelijk gaat ze nog even door met haar zomerse observaties.

Advertentie

Over Hanneke Schreiber

Op het grensvlak van natuur en cultuur
Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s